LL-L "Reviews" 2004.02.09 (01) [D/E]

Lowlands-L lowlands-l at lowlands-l.net
Mon Feb 9 17:36:04 UTC 2004


======================================================================
L O W L A N D S - L * 09.FEB.2004 (01) * ISSN 189-5582 * LCSN 96-4226
http://www.lowlands-l.net * lowlands-l at lowlands-l.net
Rules & Guidelines: http://www.lowlands-l.net/index.php?page=rules
Posting Address: lowlands-l at listserv.linguistlist.org
Server Manual: http://www.lsoft.com/manuals/1.8c/userindex.html
Archives: http://listserv.linguistlist.org/archives/lowlands-l.html
Encoding: Unicode (UTF-8) [Please switch your view mode to it.]
=======================================================================
You have received this because you have been subscribed upon request.
To unsubscribe, please send the command "signoff lowlands-l" as message
text from the same account to listserv at listserv.linguistlist.org or
sign off at http://linguistlist.org/subscribing/sub-lowlands-l.html.
=======================================================================
A=Afrikaans Ap=Appalachian B=Brabantish D=Dutch E=English F=Frisian
L=Limburgish LS=Lowlands Saxon (Low German) N=Northumbrian
S=Scots Sh=Shetlandic V=(West)Flemish Z=Zeelandic (Zeêuws)
=======================================================================

From: Roger Thijs, Euro-Support, Inc. <roger.thijs at euro-support.be>
Subject: Resources / review

A couple of months ago Willy Brill gave an opening lecture on Yiddish poetry
at the occasion of the start of the 'Instituut voor Joodse studies" at
Antwerp University.
I was there and I appreciated it very much.

The Antwerp magazine "'t Scheldt" issued a 16pp special issue, in DIN A4,
referring to this event, as a present for their readers at the end of last
year.
I was only aware of this, reading in the "Belgisch Israëlitisch Weekblad"
that the subscribers of that magazine could get a free copy at their office
in the Antwerp Pelikaanstraat. I picked up my copy this very morning.

I think the comments by Willy Brill are quite well reflected in this issue.
Unfortunately the poetry is only given in Dutch translation, without the
Yiddish original texts printed aside.

Nevertheless it is an interesting document.

I scanned two excerpts (cf. below; all in Dutch):
- An introduction about Yiddish in Antwerp
- The comment about Mosje Lebj Halpern, and one of the two translated poems
of his hand.

Comments
Wilrijk is a suburb of Antwerp. (Part of the Antwerp University campus is
situated in Wilrijk.)
Sinjoor is the popular term for an inhabitant of downtown Antwerp.
In the Antwerp magazin 't Scheldt "God" is printed in full. In the Belgische
Israëlitisch Weekblad one tries to turnaround or one prints G'd with an
aprostrophe replacing the vowel. It is curious that, in Moslim translations
of the koran into Dutch, "Allah" is maintained and not replaced with "God".

Regards,
Roger

- a - quoted from p. 2:

Prof. Dr. H. Rosenberg
Jiddisch in Antwerpen, levendiger dan ooit

Graag ga ik in op de eer die me wordt gegund om dit extranummer over
Jiddische poëzie van een voorwoord te voorzien. Als joodse Sinjoor en leek
op het gebied van de poëzie, juich ik eik initiatief toe die tot de
herleving of ook maar de verheerlijking van het Jiddisch kan bijdragen.
Immers behoor ik op dit vlak tot een geprivilegieerde gemeenschap, waar het
Jiddisch nog een levendige voertaal is.

Dit heeft ongetwijfeld te maken met de bijzondere voorliefde voor de
Jiddische taal die onze onvergetelijke Heer Opperrabbijn Ch. Kreiswirth van
Antwerpen koesterde en uitstraalde. In dit verband verwees hij naar een
traktaat uit de Jeruzalemse Talmoed, waar aan verschillende talen specifieke
taken worden toegeschreven. Aramees wordt er de taal voor het lied, Latijn
deze om de krijgs- en strijdlust aan te wakkeren, Assyrisch de taal van het
klaaglied en Hebreeuws deze voor het gesprek. In andere en latere bronnen
wordt het Frans door Rabbi Bunern uit Przychuta de taal van het verderf
genoemd. De Opperrabbijn voegde hieraan toe dat het Engels de taal is voor
geldinzameling (= fundraising) en het Jiddisch de taal waarin gedurende 800
jaar de joodse Wijzen lernden en onderrichtten. De taal waarin onze Rebbes
(= leermeesters) als de Shach, de Ktsos Hachoïshen, de Nessivos (Hamishpot),
Rabbi Jonathan Eybeschuetz, de Chassam Soffer en vele anderen hun leer
verwoordden. De taal waarin onze grootmoeders hun tranen uitstortten, de
taal waarin zij het Gott fin Avrohom opzegden.

Het ongeëvenaard redenaarstalent van onze Opperrabbijn en zijn diepgaande
kennis van het Jiddisch, alsook de uitermate rijke en uitgelezen
woordenschat die hij kon bespelen en de liefde voor het Jiddisch die hij zo
meesterlijk en dichterlijk kon doen weergalmen, hebben dit Mamme Loshen (=
moedertaal) pas goed ingang doen vinden in onze stad. Indien het Antwerpse
jodendom Jiddisch in de dagelijkse omgang blijft spreken en de orthodoxe
kinderen bijbel- en talmoedonderricht in het Jiddisch blijven krijgen, is
dit ongetwijfeld te danken aan zijn inzet en zijn verlokkelijke manier om
zich in het Jiddisch uit te drukken. Hij leerde zijn volk als het ware
Jiddisch spreken.

Ik achtte het zinvol om bij de verheerlijking van de Jiddische poëzie die
tot vervlogen tijden behoort, eraan te herinneren dat de Jiddische taal in
bepaalde middens hier in onze stad en elders nog de dagelijkse omgang
beheerst en dat joden nog steeds hun diepste emoties en passies in gebed,
studie of discussies in het Jiddisch verwoorden. Ook in de diamantbusiness
behoort het Jiddische Mazel in Brocho, wat juridisch neerkomt op de bindende
handslag en betekent 'geluk en zegen', tot de geijkte woordenschat. Dat is
ook wat wij aan dit extranummer van harte toewensen: Mazel in Brocho.

Prof. Henri Rosenberg is professor joods recht, Faculteit voor Vergelijkende
Godsdiensten (Wilrijk) en Katholieke Universiteit Nijmegen (Nederland).
---

- b - quoted from p. 6, 8 and 9:

Mosje Lebj Halpern werd in 1886 geboren in Zlochow, een sjtetl (joods
dorpje) in Galicië. Hij emigreerde in 1908 naar Amerika, waar hij de eerste
jaren leeft aan de rand van armoede en honger. Met zijn gevoelens over het
oude en het nieuwe land weet hij geen raad. Hij blijft wel terug verlangen
naar huis, maar schrijft toch in zijn gedicht Heimwee: 'benk ahejm oen has
dain hejmland', (hunker naar huis en haat je geboorteland). In dat gedicht
lezen we dat hij een afkeer heeft van New York. Hij sympathiseerde met het
Marxisme en schrijft voor het communistische dagblad Di Fraihejt. Hij
rebelleert daarin tegen elke vorm van fundamentalisme in het jodendom, het
christendom alsook in het communisme. Het resultaat was dat zijn contract
niet lang stand hield. Het sleutelwoord van zijn poëzie is tegenspraak.
Tegenspraak in de talmoedische traditie: het naast elkaar plaatsen van pro
en contra, het analyseren van religieuze teksten en wetten.

Het is typerend voor Halpern: hij analyseert zijn heimwee, zijn haat-liefde
gevoelens, het menselijk gedrag in het algemeen.

Hij zet vraagtekens bij een samenleving waarin hij zich een vreemde voelt.
Zoals bv. in zijn gedicht Oendzer gortn (Onze tuin). Daarin verwijst Halpern
naar het Hesternpark, waar hij dagen en soms nachten verblijft, geen dak
boven het hoofd.
[...]

Wat ook in dit land een bekend verschijnsel is en trouwens overal waar men
met dat probleem geconfronteerd wordt: 'de cultuurschok van de immigratie
betekent meer dan de fysieke ontworteling uit het land van herkomst'. Dat
betekent, horen we de spreekster zeer terecht zeggen, ook een daling in
maatschappelijke status, het wonen in een sloppenwijk en de morele
verarming.

De satiricus Mosje Lejb Halpern (1886-1932) zet die morele verarming van het
immigrantendom te kijk in een wonderlijke fantasie, getiteld De Vogel en hij
doet dat in onverbloemde taal.

Nieuwe immigranten klopten vaak aan bij de oude in de hoop met hun hulp wat
verder te komen. Maar de oude immigranten waren al enigszins established en
als de dood iets van hun verworvenheden kwijt te raken.

De begroeting Goet morgen - a goetjor... is kenmerkend voor de Jiddische
taal: er is een uitgebreid netwerk van taalcodes, onmisbaar in de dagelijkse
omgang. Als iemand bijvoorbeeld vraagt: 'Hoe gaat het met je?'Dan zeg je
niet goed of slecht, maar ' L'havdl... a brooche af zain keppele' (Zegen
over zijn hoofd).

EEN VOGEL

Een vogel klopt aan met een vleugel op krukken,
en vraagt mij waarom ik de deur vergrendel.
Ik antwoord: omdat een roversbende buiten
de poort op de loer staat en hebberig op het stuk
kaas aast dat ik onder mijn kont verberg.
Omdat ik wel zie waar de vogel op uit is,
geef ik geen toegang tot mijn domein.
Intussen - zaken zijn zaken - besluit ik
goed op mijn hoede te zijn en stop het stuk kaas
terstond, nog verder onder mijn kont.
En zo is het jarenlang gebleven
tot vandaag zo'n jaar of zeven.
Schreeuw ik `goet morgen' naar hem door een kier,
schreeuwt hij terug: `a goet jor tsoe dir'.
Smeek ik hem: 'laat mij eruit, beste maat,
zegt hij: 'wanneer jij mij binnen laat.'
Ik weet echter best waar hij op aast,
en houd mijn voordeur potdicht.
En vraagt hij naar mijn portie kaas
dat onder mijn kont verborgen ligt,
grijp ik geschrokken naar mijn bezit.
God lof, het is er! Verder geen zorgen.

-- end quotes

================================END===================================
* Please submit postings to lowlands-l at listserv.linguistlist.org.
* Postings will be displayed unedited in digest form.
* Please display only the relevant parts of quotes in your replies.
* Commands for automated functions (including "signoff lowlands-l") are
  to be sent to listserv at listserv.linguistlist.org or at
  http://linguistlist.org/subscribing/sub-lowlands-l.html.
======================================================================



More information about the LOWLANDS-L mailing list